In 2004 kocht het Britse private equity-fonds Apax een
meerderheidsbelang in PCM Uitgevers, een toonaangevende uitgever van
boeken en kranten, met titels als de Volkskrant, NRC Handelsblad en
nrc.next. In 2007 verkochten de Britten hun PCM-aandelen weer.
Winst voor Apax: 131 miljoen.
Kosten voor PCM Uitgevers: 300 miljoen euro.
„Weggegooid geld", zeggen de onderzoekers W. van Andel en J. den Hoed,
die in opdracht van de Ondernemingskamer de gang van zaken rond PCM
hebben onderzocht. Als gevolg van de Apax-deal is in totaal 300
miljoen euro aan derden betaald „welke betalingen op geen enkele wijze
in positieve wijze hebben bijgedragen aan de onderneming PCM".
Vorig jaar stapten de vakbond FNV Kiem en de Nederlandse Vereniging
van Journalisten (NVJ) naar de rechter om helderheid te krijgen over
de gang van zaken rond de verkoop van PCM aan Apax. Gisteren maakte de
Ondernemingskamer het onderzoek openbaar.
De conclusies zijn somber.
De deelname van Apax heeft PCM niet alleen honderden miljoenen gekost,
maar leverde per saldo „weinig tot niets positiefs" op, zeggen de
onderzoekers.
Het idee was dat Apax geld zou meebrengen om PCM te laten groeien. Met
het Britse geld zouden boekenuitgeverijen overgenomen kunnen worden.
Door deze 'basisverbreding' zou PCM minder afhankelijk worden van de
conjunctuurgevoelige kranten. De omzet zou bijna verdubbelen tot een
miljard euro. Dan zou het bedrijf naar de beurs gaan.
Maar dat gebeurde niet.
Geen enkele uitgeverij werd tijdens de Apax-periode gekocht. Toen PCM
in 2004 de uitgeverij Veen Bosch & Keuning wilde kopen, mocht er van
Apax niet meer geboden worden dan 120 miljoen. Dat was te weinig:
'VBK' ging aan de neus van PCM voorbij. Ook de omzet steeg niet of
nauwelijks. Over de beursgang heeft niemand het meer.
Wat wel steeg, waren de schulden van het bedrijf: van 40 miljoen euro
in 2004 tot 400 miljoen bij het uitstappen van Apax in 2007. De
rentelasten van die schuld waren zó hoog, dat het bedrijf onderdelen
moest verkopen om het hoofd boven water te houden. In 2008 deed PCM de
educatieve uitgeverij Thieme Meulenhoff van de hand. Net op tijd,
schrijven de onderzoekers: na het uitbreken van de kredietcrisis zou
er geen koper meer te vinden geweest zijn. In dat geval, stelt het
rapport, was PCM „niet meer in staat geweest om aan haar rente- en
aflossingsverplichtingen te voldoen en was zij direct in haar
continuïteit bedreigd geweest".
Wie is daar nu voor verantwoordelijk?
Niet Apax, zeggen de onderzoekers. Private equity heeft de afgelopen
jaren een bijzonder slechte naam gekregen. Maar voor PCM gaat de
metafoor van durfkapitalisten die als 'sprinkhanen' de onderneming
kaalvreten, niet op, vinden de onderzoekers. Apax heeft „in grote
lijnen gehandeld zoals van een private equity- investeerder verwacht
mag worden".
Maar wie is er dan wél verantwoordelijk voor de gang van zaken rond PCM?
In hun rapport oefenen de onderzoekers zware kritiek uit op het
management van PCM en de belangrijkste aandeelhouder voor en na het
Apax-avontuur: de Stichting Democratie en Media (SDM).
Tussen die twee partijen bestonden grote spanningen. SDM, voortgekomen
uit de Stichting het Parool, zag eigenlijk niets in de plannen voor
'basisverbreding', die ten koste zou gaan van de kranten. De raad van
bestuur onder leiding van Theo Bouwman zag de ideële stichtingen
(behalve SDM de Stichting de Volkskrant en de Stichting ter
Bevordering van de Christelijke Pers in Nederland) steeds meer als
sta-in-de-weg.
Tegen deze achtergrond werd in 2004 gezocht naar een private
investeerder. Maar de partijen die de voorkeur hadden van
bestuursvoorzitter Bouwman werden door SDM afgeschoten. SDM, schrijven
de onderzoekers, trok „het initiatief in het verkoopproces naar zich
toe". SDM wilde Apax. En volgens de onderzoekers legden de raad van
bestuur en de raad van commissarissen de stichting vervolgens niets in
de weg. „Omdat men dan in ieder geval van SDM als
meerderheidsaandeelhouder af was", aldus het rapport.
Wat de financiële gevolgen zouden zijn, werd nooit onderzocht,
schrijven de onderzoekers. Ook niet of de overname überhaupt nodig
was.
Nee, concludeert het rapport. PCM had ook zelfstandig genoeg geld
kunnen lenen om uitgeverijen te kopen, of te investeren in de
dagbladen, zoals SDM graag wilde. De onderzoekers rekenen dat zowel
het PCM-management als de Stichting Democratie en Media zwaar aan. Bij
de rol van de raad van bestuur en raad van commissarissen „kunnen
vraagtekens geplaatst worden". SDM heeft „blijk gegeven onvoldoende
besef te hebben van de rol die haar als grootaandeelhouder van PCM
past".
Zowel het management als de stichtingen werden financieel beter van de
deal met Apax. Vijf managers, onder wie Theo Bouwman en zijn opvolger
Ton aan de Stegge, hadden aandelen gekregen in het bedrijf. Toen de
Britten uitstapten, leverde dat miljoenen op. En hoewel de SDM de
PCM-aandelen voor een hoge prijs terugkocht, is het saldo positief:
ruim 100 miljoen euro.
„Gelet op wat er gebeurd is", schrijven de onderzoekers, zou het geen
gek idee zijn om dát bedrag „weer ter beschikking te stellen aan de
onderneming".
Stichting Democratie en Media vindt het rapport 'eendimensionaal'
De Stichting Democratie en Media (SDM) heeft in een reactie op het
rapport laten weten dat de onderzoekers de besluitvorming om in zee te
gaan met Apax „onvoldoende in hun historische context plaatsen".
Ook vindt de stichting dat de onderzoekers „slechts in zeer geringe
mate tegemoet lijken te zijn gekomen aan de inhoudelijke bezwaren van
de stichting". Het onderzoeksrapport is volgens de stichting daardoor
„eendimensionaal van karakter".
De onderzoekers hebben in hun rapport forse kritiek op de
grootaandeelhouder SDM. SDM voerde volgens de onderzoekers een
zigzag-beleid. Ook boterde het niet tussen het management en de raad
van commissarissen van PCM en de grootaandeelhouder SDM.
SDM laat in hun reactie weten dat ze hoopt dat met de publicatie van
het rapport „de rust rond het bedrijf kan weerkeren".
Stichtingsvoorzitter Els Swaab zegt in de verklaring van PCM net als
andere krantenconcerns in economisch zwaar tij verkeert. „Het is van
het grootste belang dat daar nu alle aandacht aan gegeven kan worden."
De stichting zal het rapport de komende dagen nauwkeurig lezen. Tot
die tijd wil SDM geen nader commentaar geven.
Bert Groenewegen, voorzitter van de raad van bestuur van PCM, zegt in
een reactie „dat het onderzoek laat zien dat zaken verkeerd zijn
gelopen en dat er fouten zijn gemaakt". Volgens Groenewegen heeft PCM
inmiddels lessen getrokken. Zo is de schuldpositie van het bedrijf
„voortvarend en drastisch teruggebracht".